Site uses cookies to provide basic functionality.

OK
HEBREWS
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13
Prev Up Next Toggle notes
Chapter 3
Hebr vlsJoNT 3:1  Daarom, heilige broeders! die deel hebt aan de hemelsche roeping, let op den Apostel en Hoogepriester onzer belijdenis, Jezus,
Hebr vlsJoNT 3:2  die getrouw is aan dengene die Hem heeft aangesteld, zooals ook Mozes getrouw was in geheel Gods huis.
Hebr vlsJoNT 3:3  Want deze is meer glorie waardig geacht dan Mozes, zooveel als hij die het huis bouwt meerder eere heeft dan het huis.
Hebr vlsJoNT 3:4  Elk huis toch wordt gebouwd door iemand, maar die alles gebouwd heeft is God.
Hebr vlsJoNT 3:5  En Mozes was wel getrouw in geheel zijn huis als een bedienaar, om getuigenis te geven van de dingen die zouden aangekondigd worden,
Hebr vlsJoNT 3:6  maar Christus als een Zoon over Godshuis, wiens huis wij zijn, als wij maar de vrijmoedigheid en den roem der hope vasthouden tot het laatste.
Hebr vlsJoNT 3:7  Daarom, zooals de Heilige Geest zegt: Heden, als gij zijn stem zult hooren,
Hebr vlsJoNT 3:8  verhardt uw harten niet, zooals in den opstand, ten dage der bekoring in de woestijn,
Hebr vlsJoNT 3:9  waar uw vaderen Mij in bekoring brachten en op de proef stelden, en veertig jaar lang mijn werken zagen.
Hebr vlsJoNT 3:10  Daarom had Ik een afkeer van dit geslacht en Ik zeide: altijd dwalen zij in het harte! — Maar zij kenden mijn wegen niet,
Hebr vlsJoNT 3:11  zoodat Ik in mijn toorn heb gezworen: zij zullen niet ingaan tot mijn ruste!
Hebr vlsJoNT 3:12  Ziet toe, broeders, dat niet misschien in iemand van ulieden zij een boos harte des ongeloofs in het afwijken van den levenden God;
Hebr vlsJoNT 3:13  maar vermaant elkander dagelijks, zoolang als men spreken kan van het Heden, opdat niemand uit ulieden verhard worde door de verleiding der zonde.
Hebr vlsJoNT 3:14  Want wij zijn deelgenooten van Christus geworden, indien wij althans het begin van het vertrouwen tot het laatste toe vasthouden, terwijl er gezegd wordt:
Hebr vlsJoNT 3:15  Heden, als gij zijn stem zult hooren, verhardt uw harten niet zooals in den opstand.
Hebr vlsJoNT 3:16  Want wie van degenen die gehoord hadden zijn tot opstand gekomen? Immers allen die door Mozes uit Egypte gegaan zijn?
Hebr vlsJoNT 3:17  En van wie had Hij veertig jaar lang een afkeer? Is het niet van degenen die gezondigd hadden, wier lijken zijn gevallen in de woestijn?
Hebr vlsJoNT 3:18  En over wie heeft Hij gezworen dat zij niet zouden ingaan tot zijn ruste? Immers over degenen die ongehoorzaam geweest waren?
Hebr vlsJoNT 3:19  Wij zien dus dat zij niet hebben kunnen ingaan door ongeloof.