WISDOM
Chapter 1
Wisd | NlCanisi | 1:1 | Bemint de gerechtigheid, gij heersers der aarde: Houdt den Heer voor ogen in rechtschapenheid, En zoekt Hem in oprechtheid des harten. | |
Wisd | NlCanisi | 1:2 | Want Hij laat Zich vinden door wie Hem niet beproeven, En openbaart Zich aan die Hem niet wantrouwen. | |
Wisd | NlCanisi | 1:3 | Gedachten van wantrouwen toch trekken van God af; Beproeft men zijn almacht, dan verslaat zij de dwazen. | |
Wisd | NlCanisi | 1:4 | Neen, in een arglistige ziel treedt de wijsheid niet binnen; Zij woont niet in een lichaam, in de macht der zonde. | |
Wisd | NlCanisi | 1:5 | Want de heilige geest der tucht vlucht alle onoprechtheid, Keert zich af van zondige gedachten, En trekt zich terug, als de ongerechtigheid nadert, | |
Wisd | NlCanisi | 1:6 | Zeker, de wijsheid is een geest vol mensenliefde; Maar zij laat den lasteraar niet ongestraft voor zijn taal. Want God is getuige van zijn nieren, Waarachtige bespieder van zijn hart, En beluisteraar van zijn tong. | |
Wisd | NlCanisi | 1:7 | Ja, de geest des Heren vervult het heelal; Alles samenhoudend, draagt Hij kennis van ieder woord. | |
Wisd | NlCanisi | 1:8 | Daarom blijft niemand verborgen, die goddeloos spreekt; De straffende rechtvaardigheid gaat hem niet voorbij. | |
Wisd | NlCanisi | 1:9 | Want zelfs de gedachten van den zondaar worden ontleed; Het gerucht van zijn woorden dringt door tot den Heer, Zodat zijn zonden worden bestraft. | |
Wisd | NlCanisi | 1:10 | Een naijverig oor toch verneemt alle geluid; Zelfs het zachtste gemompel blijft niet verborgen. | |
Wisd | NlCanisi | 1:11 | Wacht u dus wel voor nutteloos morren, En behoedt uw tong voor de laster; Want zelfs heimelijk spreken blijft niet ongestraft, En een mond, die lastert, brengt dood aan de ziel. | |
Wisd | NlCanisi | 1:12 | Zoekt toch niet de dood door uw verkeerde wandel; Berokkent u geen verderf door de werken van uw handen. | |
Wisd | NlCanisi | 1:13 | Want het is niet God, die de dood heeft gemaakt; Hij vindt geen vreugde in de ondergang van de levenden. | |
Wisd | NlCanisi | 1:14 | Hij toch heeft alles geschapen om te leven, En de schepselen der aarde helpen mee. Geen verderfbrengend gift bevindt zich daarin, Zelfs het dodenrijk heeft geen macht op aarde; | |