Site uses cookies to provide basic functionality.

OK
EZRA
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Prev Up Next
Chapter 7
Ezra DutSVVA 7:1  Na deze geschiedenissen nu, in het koninkrijk van Arthahsasta, koning van Perzië: Ezra, de zoon van Seraja, den zoon van Azarja, den zoon van Hilkia,
Ezra DutSVVA 7:2  Den zoon van Sallum, den zoon van Zadok, den zoon van Ahitub,
Ezra DutSVVA 7:3  Den zoon van Amarja, den zoon van Azarja, den zoon van Merajoth,
Ezra DutSVVA 7:4  Den zoon van Zerahja, den zoon van Uzzi, den zoon van Bukki,
Ezra DutSVVA 7:5  Den zoon van Abisua, den zoon van Pinehas, den zoon van Eleazar, den zoon van Aäron, den hoofdpriester.
Ezra DutSVVA 7:6  Deze Ezra toog op uit Babel; en hij was een vaardig schriftgeleerde in de wet van Mozes, die de Heere, de God Israëls, gegeven heeft; en de koning gaf hem, naar de hand des Heeren, zijns Gods, over hem, al zijn verzoek.
Ezra DutSVVA 7:7  Ook sommigen van de kinderen Israëls, en van de priesteren en de Levieten, en de zangers, en de poortiers, en de Nethinim, togen op naar Jeruzalem, in het zevende jaar van den koning Arthahsasta.
Ezra DutSVVA 7:8  En hij kwam te Jeruzalem in de vijfde maand; dat was het zevende jaar dezes konings.
Ezra DutSVVA 7:9  Want op den eersten der eerste maand was het begin des optochts uit Babel, en op den eersten der vijfde maand kwam hij te Jeruzalem, naar de goede hand zijns Gods over hem.
Ezra DutSVVA 7:10  Want Ezra had zijn hart gericht, om de wet des Heeren te zoeken en te doen, en om in Israël te leren de inzettingen en de rechten.
Ezra DutSVVA 7:11  Dit is nu het afschrift des briefs, dien de koning Arthahsasta gaf aan Ezra, den priester, den schriftgeleerde; den schriftgeleerde van de woorden der geboden des Heeren, en Zijn inzettingen over Israël:
Ezra DutSVVA 7:12  Arthahsasta koning der koningen, aan Ezra, den priester, den schriftgeleerde der wet van den God des hemels, volkomen vrede en op zulken tijd.
Ezra DutSVVA 7:13  Van mij wordt bevel gegeven, dat al wie vrijwillig is in mijn koninkrijk, van het volk van Israël, en van deszelfs priesteren en Levieten, om te gaan naar Jeruzalem, dat hij met u ga.
Ezra DutSVVA 7:14  Dewijl gij van voor den koning en zijn zeven raadsheren gezonden zijt, om onderzoek te doen in Judea, en te Jeruzalem, naar de wet uws Gods, die in uw hand is;
Ezra DutSVVA 7:15  En om henen te brengen het zilver en goud, dat de koning en zijn raadsheren vrijwilliglijk gegeven hebben aan den God Israëls, Wiens woning te Jeruzalem is;
Ezra DutSVVA 7:16  Mitsgaders al het zilver en goud, dat gij vinden zult in het ganse landschap van Babel, met de vrijwillige gave des volks en der priesteren, die vrijwilliglijk geven, ten huize huns Gods, dat te Jeruzalem is;
Ezra DutSVVA 7:17  Opdat gij spoediglijk voor dat geld koopt runderen, rammen, lammeren, met hun spijsofferen, en hun drankofferen, en die offert op het altaar van het huis van ulieder God, dat te Jeruzalem is.
Ezra DutSVVA 7:18  Daartoe, wat u en uw broederen goed dunken zal, met het overige zilver en goud te doen, zult gijlieden doen naar het welgevallen uws Gods.
Ezra DutSVVA 7:19  En geef de vaten, die u gegeven zijn tot den dienst van het huis uws Gods, weder voor den God van Jeruzalem.
Ezra DutSVVA 7:20  Het overige nu, dat van node zal zijn voor het huis uws Gods, dat u voorvallen zal uit te geven, zult gij geven uit het schathuis des konings.
Ezra DutSVVA 7:21  En van mij, mij, koning Arthahsasta, wordt bevel gegeven aan alle schatmeesters, die aan gene zijde der rivier zijt, dat alles, wat Ezra, de priester, de schriftgeleerde der wet van den God des hemels, van u zal begeren, spoediglijk gedaan worde;
Ezra DutSVVA 7:22  Tot honderd talenten zilvers toe, en tot honderd kor tarwe, en tot honderd bath wijn, en tot honderd bath olie, en zout zonder voorschrift.
Ezra DutSVVA 7:23  Al wat naar het bevel van den God des hemels is, dat het vlijtiglijk gedaan worde, voor het huis van den God des hemels; want waartoe zou er grote toorn zijn over het koninkrijk des konings en zijner kinderen?
Ezra DutSVVA 7:24  Ook laten wij ulieden weten, aangaande alle priesteren en Levieten, zangers, poortiers, Nethinim en dienaars van het huis dezes Gods, dat men den cijns, ouden impost en tol hun niet zal vermogen op te leggen.
Ezra DutSVVA 7:25  En gij, Ezra, naar de wijsheid uws Gods, die in uw hand is, stel regeerders en richters, die al het volk richten, dat aan gene zijde der rivier is, allen, die de wetten Gods weten, en die ze niet weet, zult gijlieden die bekend maken.
Ezra DutSVVA 7:26  En al wie de wet uws Gods en de wet des konings niet zal doen, over dien laat spoediglijk recht worden gedaan, hetzij ter dood, of tot uitbanning, of tot boete van goederen, of tot de banden.
Ezra DutSVVA 7:27  Geloofd zij de Heere, de God onzer vaderen, Die alzulks in het hart des konings gegeven heeft, om te versieren het huis des Heeren, dat te Jeruzalem is.
Ezra DutSVVA 7:28  En heeft tot mij weldadigheid geneigd, voor het aangezicht des konings en zijner raadsheren, en aller geweldige vorsten des konings! Zo heb ik mij gesterkt, naar de hand des Heeren, mijns Gods, over mij, en de hoofden uit Israël vergaderd, om met mij op te trekken.