PSALMS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
128
129
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147
148
149
150
Chapter 66
Psal | DutSVVA | 66:3 | Zegt tot God: Hoe vreselijk zijt Gij in Uw werken! Om de grootheid Uwer sterkte zullen zich Uw vijanden geveinsdelijk aan U onderwerpen. | |
Psal | DutSVVA | 66:6 | Hij heeft de zee veranderd in het droge; zij zijn te voet doorgegaan door de rivier; daar hebben wij ons in Hem verblijd. | |
Psal | DutSVVA | 66:7 | Hij heerst eeuwiglijk met Zijn macht; Zijn ogen houden wacht over de heidenen; laat de afvalligen niet verhoogd worden . Sela. | |
Psal | DutSVVA | 66:10 | Want Gij hebt ons beproefd, o God! Gij hebt ons gelouterd, gelijk men het zilver loutert; | |
Psal | DutSVVA | 66:12 | Gij hadt den mens op ons hoofd doen rijden; wij waren in het vuur en in het water gekomen; maar Gij hebt ons uitgevoerd in een overvloeiende verversing. | |
Psal | DutSVVA | 66:14 | Die mijn lippen hebben geuit, en mijn mond heeft uitgesproken, als mij bange was. | |
Psal | DutSVVA | 66:15 | Brandofferen van mergbeesten zal ik U offeren, met rookwerk van rammen; ik zal runderen met bokken bereiden. Sela. | |
Psal | DutSVVA | 66:16 | Komt, hoort toe, o allen gij, die God vreest, en ik zal vertellen, wat Hij aan mijn ziel gedaan heeft. | |
Psal | DutSVVA | 66:18 | Had ik naar ongerechtigheid met mijn hart gezien, de Heere zou niet gehoord hebben. | |