Site uses cookies to provide basic functionality.

OK
TOBIT
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14
Prev Up Next Toggle notes
Chapter 13
Tobi NlCanisi 13:1  En de oude Tobit opende zijn mond, om den Heer te loven, en sprak: Groot zijt Gij, Heer, in eeuwigheid, En tot in alle eeuwen duurt uw rijk.
Tobi NlCanisi 13:2  Want Gij slaat wel, maar geneest weer, Gij brengt naar de onderwereld, en voert eruit terug; Niemand is er, die uw hand kan ontlopen.
Tobi NlCanisi 13:3  Kinderen Israëls, looft den Heer, En prijst Hem, dat de heidenen het horen;
Tobi NlCanisi 13:4  Want Hij verspreidde u onder volken, die Hem niet kennen. Om zijn wonderdaden te verkonden en hen te doen weten, Dat er geen almachtige God is dan Hij.
Tobi NlCanisi 13:5  Hij heeft ons getuchtigd om onze zonden, Maar Hij zal ons weer redden om zijn barmhartigheid.
Tobi NlCanisi 13:6  Ziet toch, wat Hij voor ons heeft gedaan, En looft Hem in vreze en siddering; Verheerlijkt door uw daden den Koning der eeuwen.
Tobi NlCanisi 13:7  Ik zelf wil Hem loven in het land van mijn ballingschap; Want Hij heeft zijn glorie getoond aan het zondige volk.
Tobi NlCanisi 13:8  Bekeert u dan, zondaars; beoefent voor God de gerechtigheid; En gelooft, dat Hij u barmhartig zal zijn.
Tobi NlCanisi 13:9  Met geheel mijn ziel wil ik in Hem mij verblijden.
Tobi NlCanisi 13:10  Looft den Heer, gij allen, die Hij heeft uitverkoren; Viert dagen van blijdschap, en brengt Hem uw lof.
Tobi NlCanisi 13:11  Jerusalem, gij stad van God, De Heer heeft u gestraft, om wat uw handen misdeden.
Tobi NlCanisi 13:12  Loof nu den Heer door uw goede daden. En wil den God der eeuwen prijzen, Opdat Hij zijn tent weer in u opbouwe, Al uw ballingen tot u terugroepe, En gij weer vreugde moogt hebben in alle eeuwen der eeuwen.
Tobi NlCanisi 13:13  Gij zult stralen in schitterend licht, En alle uiteinden der aarde zullen u huldigen.
Tobi NlCanisi 13:14  Van verre zullen de volkeren komen, En met hun gaven in uw midden den Heer aanbidden; Uw land zullen zij beschouwen als heilig,
Tobi NlCanisi 13:15  Want zij komen tot U, om de heerlijke Naam te vereren.
Tobi NlCanisi 13:16  Vervloekt zijn allen, die u verachten; En die u belasteren, worden allen gestraft. Maar gezegend zijn zij, die u weer opbouwen.
Tobi NlCanisi 13:17  Dan zult gij weer vreugde vinden in uw kinderen, Daar zij allen gezegend worden en bijeengebracht bij den Heer.
Tobi NlCanisi 13:18  Gelukkig allen, die u beminnen, En verheugd zijn over uw vrede.
Tobi NlCanisi 13:19  Loof, mijn ziel, den Heer, Want Hij heeft Jerusalem, zijn stad, Bevrijd van al haar kwelling, Hij, de Heer, onze God!
Tobi NlCanisi 13:20  Ik zal gelukkig zijn, als mijn geslacht blijft bestaan, Om de heerlijkheid van Jerusalem te aanschouwen.
Tobi NlCanisi 13:21  Jerusalems poorten worden dan opgebouwd uit safier en smaragd, En heel de kring van haar muren uit kostbare steen.
Tobi NlCanisi 13:22  Al haar pleinen worden met zuiver wit marmer belegd, In haar straten wordt het Alleluja gezongen.
Tobi NlCanisi 13:23  Gezegend de Heer, die haar groot heeft gemaakt, Hij heerse over haar in de eeuwen der eeuwen! Amen!