Site uses cookies to provide basic functionality.

OK
PSALMS
Prev Up Next Toggle notes
Chapter 51
Psal NlCanisi 51:2  nadat Doëg, de Edomiet aan Saül was gaan melden: ”David is in het huis van Achimélek gekomen.”
Psal NlCanisi 51:3  Wat pocht gij op boosheid, En snoeft gij op onrecht,
Psal NlCanisi 51:4  Broedt gij voortdurend op onheil, Is uw tong als een vlijmscherp, verraderlijk mes?
Psal NlCanisi 51:5  Gij kiest wat kwaad is boven het goede, De leugen boven de waarheid;
Psal NlCanisi 51:6  Gij houdt alleen van verwarrende woorden, En bedriegelijke taal.
Psal NlCanisi 51:7  Daarom zal God u vernielen, U weggooien eens en voor al, U wegsleuren uit uw tent, Uw wortel uit het land der levenden rukken.
Psal NlCanisi 51:8  De rechtvaardigen zullen het huiverend zien, en over hem lachen:
Psal NlCanisi 51:9  "Daar is nu de man, die zijn kracht niet in God heeft gezocht, Maar die op zijn grote rijkdom vertrouwde, En zich op zijn schatten beroemde!"
Psal NlCanisi 51:10  Maar ik ben als een bloeiende olijf in Gods huis, En vertrouw op Gods goedheid voor eeuwig en immer.
Psal NlCanisi 51:11  Eeuwig zal ik U danken, omdat het úw werk is geweest, En de goedheid van uw Naam voor uw vromen verkonden!