Site uses cookies to provide basic functionality.

OK
PSALMS
Prev Up Next Toggle notes
Chapter 77
Psal NlCanisi 77:1  Een leerdicht van Asaf. Luister naar mijn onderrichting, mijn volk, Geef acht op de woorden van mijn mond;
Psal NlCanisi 77:2  Ik ga mijn mond voor een leerdicht openen, Diepzinnige lessen uit oude tijden verkonden!
Psal NlCanisi 77:3  Wat wij hebben gehoord en vernomen, En onze vaders ons hebben verteld,
Psal NlCanisi 77:4  Dat willen wij niet voor hun kinderen verbergen, Maar het verhalen aan een volgend geslacht: Jahweh’s heerlijke daden en macht, En de wonderen, die Hij deed.
Psal NlCanisi 77:5  Hij gaf zijn geboden aan Jakob, Schonk aan Israël een wet; Hij beval onze vaderen, ze hun kinderen te leren,
Psal NlCanisi 77:6  Opdat een volgend geslacht ze zou kennen, En de kinderen, die hun werden geboren, Ze weer aan hun kinderen zouden vertellen.
Psal NlCanisi 77:7  Zij moesten vertrouwen stellen in God, Niet vergeten Gods werken, zijn geboden onderhouden;
Psal NlCanisi 77:8  Niet worden als hun vaderen, Een lichtzinnig en opstandig geslacht: Een geslacht, onstandvastig van hart, En trouweloos van geest jegens God.
Psal NlCanisi 77:9  Maar Efraïms zonen waren ontrouw als schutters, Die terugtreden op de dag van de strijd.
Psal NlCanisi 77:10  Ze deden het verbond met God niet gestand, En weigerden, zijn wet te beleven.
Psal NlCanisi 77:11  Ze vergaten zijn machtige werken, De wonderen, die Hij hun had getoond.
Psal NlCanisi 77:12  Toch had Hij ook voor hun vaderen Wondertekenen gewrocht In het land van Egypte, In de vlakte van Sóan:
Psal NlCanisi 77:13  Hij kliefde de zee en voerde hen er doorheen, Zette de wateren overeind als een dam.
Psal NlCanisi 77:14  Hij leidde hen overdag door een wolk, Door een lichtend vuur heel de nacht.
Psal NlCanisi 77:15  Hij spleet in de woestijn de rotsen vaneen, En drenkte de steppen met plassen;
Psal NlCanisi 77:16  Uit de klippen liet Hij beken ontspringen, En er water uit vloeien bij stromen.
Psal NlCanisi 77:17  Maar ze zondigden opnieuw tegen Hem, En tartten den Allerhoogste in de woestijn;
Psal NlCanisi 77:18  Ze stelden God in hun hart op de proef, Door spijs voor hun leeftocht te eisen.
Psal NlCanisi 77:19  En krenkend spraken ze over God: "Zou God een tafel in de woestijn kunnen dekken?"
Psal NlCanisi 77:20  "Zeker, Hij heeft wel de rotsen geslagen, En de steppen met plassen gedrenkt, Zodat er water uit vloeide, En er beken uit stroomden: Maar zal Hij ook brood kunnen schenken, En vlees aan zijn volk kunnen geven?"
Psal NlCanisi 77:21  Toen Jahweh dit hoorde, Ontstak Hij in gramschap; Er ontbrandde een vuur tegen Jakob, En tegen Israël woedde zijn toorn:
Psal NlCanisi 77:22  Omdat ze niet in God geloofden, En niet vertrouwden op zijn hulp.
Psal NlCanisi 77:23  Toch gaf Hij de wolken daarboven bevel, En ontsloot de poorten des hemels;
Psal NlCanisi 77:24  Hij regende manna als spijs op hen neer, En schonk hun het hemelse koren:
Psal NlCanisi 77:25  De mensen aten het brood der engelen, Hij zond hun voedsel tot verzadiging toe.
Psal NlCanisi 77:26  Hij liet ook aan de hemel de oostenwind waaien, En zweepte de zuidenwind op door zijn kracht:
Psal NlCanisi 77:27  Hij regende vlees als stof op hen neer, Gevleugelde vogels als het zand van de zee;
Psal NlCanisi 77:28  Hij liet ze midden in hun legerplaats vallen, En rond hun tenten.
Psal NlCanisi 77:29  Zij aten, en werden ten volle verzadigd: Hij had hun geschonken, wat ze begeerden;
Psal NlCanisi 77:30  Maar nog was hun lust niet voldaan, en de spijs in hun mond,
Psal NlCanisi 77:31  Of Gods gramschap barstte tegen hen los; Hij richtte een slachting aan onder hun sterksten, En velde de bloem van Israël neer.
Psal NlCanisi 77:32  Ondanks dit alles, bleven ze in hun zonden volharden, En niet aan zijn wonderen geloven.
Psal NlCanisi 77:33  Toen liet Hij doelloos hun dagen verlopen, En in ontgoocheling hun jaren.
Psal NlCanisi 77:34  Ze zochten Hem enkel, wanneer Hij ze sloeg; Dan bekeerden ze zich, en vroegen naar God.
Psal NlCanisi 77:35  Maar zelfs als ze gedachten, dat God hun Rots was, De allerhoogste God hun Verlosser,
Psal NlCanisi 77:36  Ook dan nog vleiden ze Hem met hun mond, En belogen Hem met hun tong.
Psal NlCanisi 77:37  Neen, hun hart was Hem toch niet verknocht, Ze bleven zijn verbond niet getrouw.
Psal NlCanisi 77:38  Maar Hij bleef barmhartig, Vergaf hun de schuld en vernielde ze niet. Hoe dikwijls bedwong Hij zijn toorn, En liet zijn volle gramschap niet woeden:
Psal NlCanisi 77:39  Hij dacht er aan, dat ze maar vlees zijn, Een zucht,; die vervliegt, en niet keert.
Psal NlCanisi 77:40  Hoe dikwijls nog hebben ze in de woestijn Hem verbitterd, En Hem in de steppe gekrenkt;
Psal NlCanisi 77:41  Hebben ze God beproefd, Israëls Heilige gegriefd?
Psal NlCanisi 77:42  Neen, ze dachten niet terug aan de macht van zijn hand, Aan de dag, waarop Hij ze van den vijand verloste.
Psal NlCanisi 77:43  En toch, wat voor tekenen had Hij in Egypte gedaan, En wonderen in de vlakte van Sóan!
Psal NlCanisi 77:44  Hun stromen had Hij in bloed veranderd, En hun beken ondrinkbaar gemaakt;
Psal NlCanisi 77:45  Gulzige muggen op hen afgezonden, En kikvorsen, om ze te gronde te richten.
Psal NlCanisi 77:46  Hij had hun gewas aan den sprinkhaan gegeven, En aan den schrokker hun vruchten;
Psal NlCanisi 77:47  Hun ranken door hagel vernield, Hun moerbei door ijzel;
Psal NlCanisi 77:48  Hun vee een prooi der pest gemaakt, Hun kudde een buit der besmetting.
Psal NlCanisi 77:49  En op henzelf had Hij zijn ziedende gramschap losgelaten, Zijn toorn, zijn woede en kwelling; Verderf-engelen op hen afgezonden, De vrije loop aan zijn gramschap gelaten:
Psal NlCanisi 77:50  Hij had ze de dood niet laten ontsnappen, Maar hun leven prijs gegeven aan de pest.
Psal NlCanisi 77:51  Hij had alle eerstgeborenen in Egypte geslagen, De eerstelingen der mannelijke kracht in de tenten van Cham.
Psal NlCanisi 77:52  Maar zijn volk had Hij weggeleid als een kudde, En als schapen door de steppe gevoerd;
Psal NlCanisi 77:53  Hij had ze veilig doen gaan, ze behoefden niemand te vrezen: Want de zee had hun vijand bedekt.
Psal NlCanisi 77:54  Zo bracht Hij hen naar zijn heilige grond, Naar de berg, die zijn rechterhand had veroverd.
Psal NlCanisi 77:55  Hij dreef de volkeren voor hen uit, Gaf ze bij lot als erfdeel weg; En in hun tenten liet Hij wonen. Israëls stammen.
Psal NlCanisi 77:56  Maar ook daar beproefden en tartten ze God, En onderhielden de geboden van den Allerhoogste niet.
Psal NlCanisi 77:57  Trouweloos vielen ze af als hun vaderen, Wispelturig als een onbetrouwbare boog;
Psal NlCanisi 77:58  Ze tergden Hem door hun offerhoogten, En prikkelden Hem met hun beelden.
Psal NlCanisi 77:59  God merkte het, en ziedde van gramschap, En Israël begon Hem te walgen:
Psal NlCanisi 77:60  Hij gaf zijn woning in Sjilo prijs, De tent, waar Hij onder de mensen verkeerde;
Psal NlCanisi 77:61  Zijn majesteit gaf Hij gevangen, Zijn glorie in de hand van den vijand.
Psal NlCanisi 77:62  Hij wierp zijn volk ten prooi aan het zwaard, En grimde van toorn op zijn erfdeel:
Psal NlCanisi 77:63  Zijn jonge mannen werden verteerd door het vuur, Zijn maagden kregen geen huwelijkslied;
Psal NlCanisi 77:64  Zijn priesters vielen door het zwaard, En zijn weduwen beweenden ze niet.
Psal NlCanisi 77:65  Maar eindelijk ontwaakte de Heer, als iemand die slaapt, En als een krijgsman, bevangen door wijn:
Psal NlCanisi 77:66  Hij sloeg zijn vijanden achteruit, En bracht ze voor eeuwig tot schande.
Psal NlCanisi 77:67  Toch bleef Hij de tent van Josef versmaden, En koos de stam van Efraïm niet uit!
Psal NlCanisi 77:68  Neen, Juda’s stam koos Hij uit, Sions berg, die Hij liefhad;
Psal NlCanisi 77:69  Hij bouwde zijn heiligdom hoog als de hemel, Vast als de aarde voor eeuwig.
Psal NlCanisi 77:70  En Hij stelde zijn keuze In David, zijn dienaar! Hij nam hem van de schaapskooien weg,
Psal NlCanisi 77:71  En haalde hem van de zogende schapen, Opdat hij Jakob, zijn volk, zou weiden, En Israël, zijn erfdeel.
Psal NlCanisi 77:72  Hij heeft ze geweid, rechtschapen van hart, En met bekwame hand ze geleid!