PSALMS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
128
129
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147
148
149
150
Chapter 106
Psal | NlCanisi | 106:2 | Zo moeten getuigen, die door Jahweh verlost zijn, En door Hem uit de nood zijn gered; | |
Psal | NlCanisi | 106:3 | Die Hij van alle kant hierheen heeft gebracht, Van oost en west, van noord en zuid. | |
Psal | NlCanisi | 106:4 | Sommigen doolden in woestijn en wildernis rond, Zonder de weg naar hun woonplaats te vinden; | |
Psal | NlCanisi | 106:8 | Laat ze Jahweh voor zijn goedheid dan danken, En voor zijn wonderen voor de kinderen der mensen: | |
Psal | NlCanisi | 106:11 | Want ze hadden zich tegen Gods geboden verzet, En de vermaning van den Allerhoogste veracht; | |
Psal | NlCanisi | 106:15 | Laat ze Jahweh voor zijn goedheid dan danken, En voor zijn wonderen voor de kinderen der mensen: | |
Psal | NlCanisi | 106:16 | Want metalen poorten heeft Hij verbrijzeld, Ijzeren grendels in stukken geslagen! | |
Psal | NlCanisi | 106:17 | Anderen werden ziek door hun zondige wandel, Hadden smarten te lijden om hun schuld; | |
Psal | NlCanisi | 106:18 | Alle voedsel begon hun te walgen, En ze stonden al dicht bij de poorten des doods. | |
Psal | NlCanisi | 106:21 | Laat ze Jahweh voor zijn goedheid dan danken, En voor zijn wonderen voor de kinderen der mensen: | |
Psal | NlCanisi | 106:23 | Anderen staken op schepen in zee, Om handel te drijven op de onmetelijke wateren. | |
Psal | NlCanisi | 106:26 | Ze vlogen op naar de hemel, ploften neer in de diepten, En vergingen van angst; | |
Psal | NlCanisi | 106:27 | Ze rolden en tuimelden, als waren ze dronken, En al hun zeemanschap was tevergeefs. | |
Psal | NlCanisi | 106:30 | Wat waren ze blij, toen het kalm was geworden, En Hij hen naar de verbeide haven geleidde! | |
Psal | NlCanisi | 106:31 | Laat ze Jahweh voor zijn goedheid dan danken, En voor zijn wonderen voor de kinderen der mensen: | |
Psal | NlCanisi | 106:39 | En nemen ze af in getal, en gaan ze ten onder Door verdrukking, ellende en jammer: | |
Psal | NlCanisi | 106:40 | Dan geeft Hij de tyrannen prijs aan de schande, En laat ze door de wildernis dolen. | |
Psal | NlCanisi | 106:41 | Maar den arme heft Hij uit de ellende weer op, En maakt zijn geslacht weer talrijk als kudden: | |