Site uses cookies to provide basic functionality.

OK
PSALMS
Prev Up Next
Chapter 106
Psal NlCanisi 106:1  Brengt Jahweh dank, want Hij is goed, En zijn genade duurt eeuwig!
Psal NlCanisi 106:2  Zo moeten getuigen, die door Jahweh verlost zijn, En door Hem uit de nood zijn gered;
Psal NlCanisi 106:3  Die Hij van alle kant hierheen heeft gebracht, Van oost en west, van noord en zuid.
Psal NlCanisi 106:4  Sommigen doolden in woestijn en wildernis rond, Zonder de weg naar hun woonplaats te vinden;
Psal NlCanisi 106:5  Ze leden honger en dorst, En hun leven verkwijnde.
Psal NlCanisi 106:6  Maar ze riepen Jahweh aan in hun nood, En Hij verloste hen van hun angsten:
Psal NlCanisi 106:7  Hij bracht ze weer op de veilige weg, Zodat ze hun woonplaats bereikten.
Psal NlCanisi 106:8  Laat ze Jahweh voor zijn goedheid dan danken, En voor zijn wonderen voor de kinderen der mensen:
Psal NlCanisi 106:9  Want den dorstige heeft Hij gelaafd, Den hongerige heeft Hij verzadigd!
Psal NlCanisi 106:10  Anderen zaten in duister en donker, In ellende en boeien gekluisterd;
Psal NlCanisi 106:11  Want ze hadden zich tegen Gods geboden verzet, En de vermaning van den Allerhoogste veracht;
Psal NlCanisi 106:12  Zo was door rampspoed de moed hun ontzonken, En reddeloos stortten ze neer.
Psal NlCanisi 106:13  Maar ze riepen Jahweh aan in hun nood, En Hij verloste hen van hun angsten:
Psal NlCanisi 106:14  Hij haalde ze uit het duister en donker, En verbrak hun boeien.
Psal NlCanisi 106:15  Laat ze Jahweh voor zijn goedheid dan danken, En voor zijn wonderen voor de kinderen der mensen:
Psal NlCanisi 106:16  Want metalen poorten heeft Hij verbrijzeld, Ijzeren grendels in stukken geslagen!
Psal NlCanisi 106:17  Anderen werden ziek door hun zondige wandel, Hadden smarten te lijden om hun schuld;
Psal NlCanisi 106:18  Alle voedsel begon hun te walgen, En ze stonden al dicht bij de poorten des doods.
Psal NlCanisi 106:19  Maar ze riepen Jahweh aan in hun nood, En Hij verloste hen van hun angsten.
Psal NlCanisi 106:20  Hij sprak: en ze werden genezen, En Hij ontrukte hen weer aan het graf.
Psal NlCanisi 106:21  Laat ze Jahweh voor zijn goedheid dan danken, En voor zijn wonderen voor de kinderen der mensen:
Psal NlCanisi 106:22  Laat ze dankoffers brengen, En jubelend zijn werken vermelden!
Psal NlCanisi 106:23  Anderen staken op schepen in zee, Om handel te drijven op de onmetelijke wateren.
Psal NlCanisi 106:24  Ook zij hebben Jahweh’s werken aanschouwd, In de kolken zijn wonderen.
Psal NlCanisi 106:25  Hij sprak: en er stak een stormwind op, Die zwiepte de golven omhoog;
Psal NlCanisi 106:26  Ze vlogen op naar de hemel, ploften neer in de diepten, En vergingen van angst;
Psal NlCanisi 106:27  Ze rolden en tuimelden, als waren ze dronken, En al hun zeemanschap was tevergeefs.
Psal NlCanisi 106:28  Maar ze riepen Jahweh aan in hun nood, En Hij verloste hen van hun angsten:
Psal NlCanisi 106:29  Hij bedaarde de storm tot een bries, En de golven legden zich neer;
Psal NlCanisi 106:30  Wat waren ze blij, toen het kalm was geworden, En Hij hen naar de verbeide haven geleidde!
Psal NlCanisi 106:31  Laat ze Jahweh voor zijn goedheid dan danken, En voor zijn wonderen voor de kinderen der mensen:
Psal NlCanisi 106:32  Hem in de volksgemeente roemen, Hem in de raad der oudsten prijzen!
Psal NlCanisi 106:33  Rivieren maakt Hij tot steppe, Waterbronnen tot dorstige grond;
Psal NlCanisi 106:34  Vruchtbaar land tot zilte bodem, Om de boosheid van zijn bewoners.
Psal NlCanisi 106:35  Maar van de steppe maakt Hij een vijver, Waterbronnen van het dorre land;
Psal NlCanisi 106:36  Daar zet Hij de hongerigen neer, Om er zich een woonplaats te stichten.
Psal NlCanisi 106:37  Ze bezaaien hun akkers, beplanten hun gaarden, En oogsten hun vruchten.
Psal NlCanisi 106:38  Hij zegent hen: ze worden zeer talrijk, En Hij vermeerdert hun vee.
Psal NlCanisi 106:39  En nemen ze af in getal, en gaan ze ten onder Door verdrukking, ellende en jammer:
Psal NlCanisi 106:40  Dan geeft Hij de tyrannen prijs aan de schande, En laat ze door de wildernis dolen.
Psal NlCanisi 106:41  Maar den arme heft Hij uit de ellende weer op, En maakt zijn geslacht weer talrijk als kudden:
Psal NlCanisi 106:42  De vromen zien het, en juichen; Maar wat boos is, zwijgt stil.
Psal NlCanisi 106:43  Wie wijs is, neemt het ter harte, En beseft de goedheid van Jahweh!