PSALMS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
128
129
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147
148
149
150
Chapter 37
Psal | NlCanisi | 37:4 | Er is geen gezonde plek aan mijn vlees om uw toorn, Niets gaafs aan mijn gebeente om mijn zonden; | |
Psal | NlCanisi | 37:5 | Want mijn misdaden stapelen zich op mijn hoofd, En drukken mij neer als een loodzware last. | |
Psal | NlCanisi | 37:11 | Wild bonst mijn hart, de kracht ontzinkt mij, Zelfs het licht van mijn ogen is heen. | |
Psal | NlCanisi | 37:12 | Mijn vrienden en makkers keren zich af om mijn plagen, En mijn verwanten staan op een afstand te spotten; | |
Psal | NlCanisi | 37:13 | Die mijn leven belagen en mijn ongeluk zoeken, Bespreken mijn val, en belasteren mij de hele dag. | |
Psal | NlCanisi | 37:14 | Maar ik ben als een dove, die het niet hoort, Als een stomme, die zijn mond niet opent, | |
Psal | NlCanisi | 37:17 | Want ik vrees, dat men zich vrolijk over mij maakt, Een grote mond tegen mij zet, nu mijn voeten wankelen. | |
Psal | NlCanisi | 37:18 | Ja, ieder ogenblik dreig ik te vallen, Mijn ellende staat mij steeds voor de geest; | |
Psal | NlCanisi | 37:20 | En machtig zijn ook, die zonder reden mijn vijanden zijn, Talrijk, die mij onverdiend haten, | |