Site uses cookies to provide basic functionality.

OK
ROMANS
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Prev Up Next
Chapter 11
Roma NlCanisi 11:1  Ik vraag dus: Heeft God dan zijn volk soms verstoten? Verre vandaar! Want ook ikzelf ben een Israëliet, uit het geslacht van Abraham, uit de stam van Benjamin.
Roma NlCanisi 11:2  Neen, God heeft zijn volk niet verstoten, dat Hij uitverkoren had. Of weet gij niet, wat de schrift door Elias zegt, toen deze zich bij God over Israël beklaagde:
Roma NlCanisi 11:3  "Heer, uw profeten hebben ze gedood, uw altaren omver geworpen; ik alleen ben overgebleven, en ze staan me naar het leven."
Roma NlCanisi 11:4  Welnu, wat antwoordt hem de godsspraak: "Zeven duizend mannen heb Ik Mij voorbehouden, die de knie niet voor Baäl hebben gebogen."
Roma NlCanisi 11:5  Zo is er dan ook in deze tijd een overschot gebleven door de uitverkiezing der genade.
Roma NlCanisi 11:6  Maar is het door de genade, dan is het niet om de werken; anders zou de genade geen genade meer zijn.
Roma NlCanisi 11:7  Wat volgt daaruit? Wat Israël blijft zoeken, heeft het niet verkregen. Maar de uitverkorenen onder hen hebben het wèl verkregen; de overigen echter werden verhard.
Roma NlCanisi 11:8  Zó staat er geschreven: "God gaf hun een geest van loomheid; ogen om niet te zien en oren om niet te horen, tot op de huidige dag."
Roma NlCanisi 11:9  En David zegt: "Hun tafel zij hun een valstrik en net, Een struikelblok en een straf.
Roma NlCanisi 11:10  Mogen hun ogen worden verduisterd, zodat ze niet zien; En krom hun de rug voor altijd."
Roma NlCanisi 11:11  Ik vraag dan: Zijn ze gestruikeld, om te blijven liggen? Zeer zeker niet! Maar dank zij hun val, is de redding aan de heidenen ten deel gevallen, om hèn naijverig te maken.
Roma NlCanisi 11:12  Welnu, wanneer hun val een schat werd voor de wereld, en hun getalverlies een schat voor de heidenen, -hoeveel te meer zal hun voltalligheid het dan zijn!
Roma NlCanisi 11:13  En nu heidenen, spreek ik tot u! Ofschoon ik apostel der heidenen ben, houd ik mijn ambt hoog,
Roma NlCanisi 11:14  juist om mijn rasgenoten tot naijver te prikkelen en sommigen van hen te behouden.
Roma NlCanisi 11:15  Want zo hun verwerping de verzoening der wereld geweest is, wat zal dan hun weder-opneming anders zijn, dan een opstanding uit de doden?
Roma NlCanisi 11:16  Zijn immers de eerstelingen heilig, dan ook het deeg; en is de wortel heilig, dan ook de takken.
Roma NlCanisi 11:17  Welnu, wanneer enige van die takken zijn weggekapt, en gij, wilde olijf, in hun plaats zijt geënt en uw deel hebt gekregen van de wortel en het sap van de olijfboom,
Roma NlCanisi 11:18  gaat dan niet pochen tegen de takken. En zo ge gaat pochen; niet gij draagt de wortel, maar de wortel draagt u!
Roma NlCanisi 11:19  Misschien zult ge zeggen: de takken zijn weggekapt, opdat ik zou worden geënt.
Roma NlCanisi 11:20  Heel goed; maar de takken zijn weggekapt om hun ongeloof, en gij zit vast door het geloof. -Koester geen hoge dunk van uzelf, maar vrees;
Roma NlCanisi 11:21  wanneer God de echte takken niet heeft ontzien, dan zal Hij ook ú niet ontzien.
Roma NlCanisi 11:22  Overweegt dus de goedheid, maar ook de strengheid van God: Gods strengheid over hen, die zijn weggevallen, doch zijn goedheid voor u, zo ge door zijn goedheid volhardt; anders zult ook gij worden weggekapt.
Roma NlCanisi 11:23  Maar ook die anderen zullen weer worden geënt, wanneer ze niet volharden in hun ongeloof; want God is bij machte, om ze opnieuw te enten.
Roma NlCanisi 11:24  Waarachtig, wanneer gijzelf van een wilde olijf zijt gekapt waartoe ge van nature behoort, en tegen de natuur in, op de tamme olijf zijt geënt; hoeveel gemakkelijker zullen zij op hun eigen olijf worden geënt, waartoe ze van nature behoren!
Roma NlCanisi 11:25  Welnu broeders, om u te behoeden voor zelfoverschatting, wil ik u niet onkundig laten van dit geheim: een deel van Israël is verhard, totdat de massa der heidenen is binnengegaan;
Roma NlCanisi 11:26  en dan zal heel Israël worden gered; zoals er geschreven staat: "De Verlosser zal komen uit Sion, De goddeloosheid verwijderen van Jakob:
Roma NlCanisi 11:27  En dit zal mijn Verbond met hen zijn, Wanneer Ik hun zonden zal hebben vergeven."
Roma NlCanisi 11:28  Zeker, met betrekking tot het Evangelie zijn ze vijanden om uwentwil; maar met betrekking tot de uitverkiezing zijn ze de welbeminden om wille der Vaders;
Roma NlCanisi 11:29  want nooit heeft God berouw over genadegaven en roeping.
Roma NlCanisi 11:30  Zoals gij eertijds ongehoorzaam aan God zijt geweest, maar thans door hùn ongehoorzaamheid barmhartigheid hebt gevonden,
Roma NlCanisi 11:31  zó zijn ook zij nu nog wel ongehoorzaam om de u betoonde ontferming, opdat eenmaal ook zij op hun beurt barmhartigheid mogen verkrijgen.
Roma NlCanisi 11:32  Want God heeft allen onder ongehoorzaamheid gevangen gehouden, om aan allen zijn barmhartigheid te tonen.
Roma NlCanisi 11:33  O afgrond van rijkdom en wijsheid en kennis van God! Hoe ondoorgrondelijk zijn toch zijn raadsbesluiten, hoe onnaspeurlijk zijn wegen!
Roma NlCanisi 11:34  "Wie toch kent ‘s Heren gedachte, Of wie is zijn raadsman geweest?
Roma NlCanisi 11:35  Of wie heeft Hem het eerst iets gegeven, Zodat hij terugontvangen moet?"
Roma NlCanisi 11:36  Immers, uit Hem en door Hem en voor Hem is alles! Hem zij de glorie in eeuwigheid. Amen!