Site uses cookies to provide basic functionality.

OK
MARK
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Prev Up Next Toggle notes
Chapter 7
Mark NlCanisi 7:1  Toen kwamen de farizeën en sommige schriftgeleerden. die van Jerusalem waren gekomen, gezamenlijk naar Hem toe.
Mark NlCanisi 7:2  Zij zagen, dat enigen van zijn leerlingen brood aten met onreine, dat is met ongewassen handen.
Mark NlCanisi 7:3  De farizeën toch en alle Joden eten niet, zonder zich de vingertoppen te hebben gewassen, getrouw aan de overlevering der ouden;
Mark NlCanisi 7:4  en ze eten niets van de markt, zonder het eerst te besprenkelen; en vele andere dingen zijn er, die ze krachtens overlevering te onderhouden hebben, zoals het wassen van drinkbekers, kannen en koperen vaten.
Mark NlCanisi 7:5  De farizeën en de schriftgeleerden vroegen Hem dus: Waarom gedragen uw leerlingen zich niet naar de overlevering der ouden, en eten ze brood met onreine handen?
Mark NlCanisi 7:6  Hij sprak tot hen: Huichelaars; terecht heeft Isaias over u geprofeteerd, zoals er geschreven staat: Dit volk eert Mij met de lippen, maar hun hart is verre van Mij;
Mark NlCanisi 7:7  ze eren Mij tevergeefs, daar ze leerstellingen voordragen, die menselijke geboden zijn.
Mark NlCanisi 7:8  Gods gebod verwaarloost gij, maar aan de overlevering der mensen houdt gij vast.
Mark NlCanisi 7:9  Nog sprak Hij tot hen: Het staat u fraai, Gods gebod te verkrachten, om uw overlevering door te zetten.
Mark NlCanisi 7:10  Want Moses heeft gezegd: "Eer uw vader en moeder", en: "Wie vader of moeder vloekt, moet sterven."
Mark NlCanisi 7:11  Gij echter zegt: Zo iemand tot vader en moeder zegt: "Korban (dat is offergave) is alles, waarmee ik u van dienst zou kunnen zijn",
Mark NlCanisi 7:12  dan mag hij volgens u niets meer voor zijn vader of moeder doen.
Mark NlCanisi 7:13  Zo verkracht gij Gods woord door uw overlevering, die gij blijft leren. En dergelijke dingen doet gij bij hopen.
Mark NlCanisi 7:14  Hij riep de schare weer naar Zich toe, en sprak tot hen: Hoort allen naar Mij, en verstaat het goed!
Mark NlCanisi 7:15  Niets kan den mens verontreinigen, wat van buitenaf in hem binnenkomt; maar wat er uitgaat van den mens, dat verontreinigt den mens.
Mark NlCanisi 7:17  Toen Hij nu van het volk was weggegaan en thuis was gekomen, vroegen zijn leerlingen Hem naar de zin der parabel.
Mark NlCanisi 7:18  En Hij sprak tot hen: Zijt ook gij nog zonder begrip? Begrijpt gij dan niet, dat niets den mens kan verontreinigen, wat van buitenaf in hem binnenkomt?
Mark NlCanisi 7:19  Want het komt niet in zijn hart, maar in de buik, en het gaat weer uit op zekere plaats. Hij verklaarde dus alle spijzen voor rein.
Mark NlCanisi 7:20  En Hij ging voort: Wat er uitgaat van den mens, dat verontreinigt den mens.
Mark NlCanisi 7:21  Want van binnenaf, uit het hart der mensen, komen de slechte gedachten voort, ontucht, diefstal, moord,
Mark NlCanisi 7:22  echtbreuk, gierigheid, boosaardigheid, bedrog, wellust, afgunst, godslastering, hoogmoed, lichtzinnigheid.
Mark NlCanisi 7:23  Al die boze dingen komen van binnenaf, en verontreinigen den mens.
Mark NlCanisi 7:24  Toen stond Hij op, en vertrok vandaar naar de streek van Tyrus. Daar ging Hij een huis binnen, maar wilde niet, dat iemand het wist. Toch kon Hij niet verborgen blijven.
Mark NlCanisi 7:25  Want een vrouw, wier dochtertje door een onreinen geest was bezeten, kwam, zodra ze van Hem had gehoord, naar Hem toe, en wierp zich aan zijn voeten neer.
Mark NlCanisi 7:26  De vrouw was een heiden, van syrofenicische afkomst. Ze bad Hem, den duivel uit haar dochter te drijven.
Mark NlCanisi 7:27  Jesus zeide tot haar: Laat eerst de kinderen verzadigd worden; het is niet goed, het brood der kinderen te nemen, en het voor de hondjes te werpen.
Mark NlCanisi 7:28  Maar ze gaf Hem ten antwoord: Jawel, Heer: de hondjes onder de tafel eten toch ook van de kruimels der kinderen.
Mark NlCanisi 7:29  Toen sprak Hij tot haar: Om zo’n woord moogt ge gaan; de duivel heeft uw dochter verlaten.
Mark NlCanisi 7:30  Ze ging naar huis, en vond het meisje te bed liggen; de duivel was uitgegaan.
Mark NlCanisi 7:31  Toen Hij weer uit de streek van Tyrus vertrok, ging Hij over Sidon naar het meer van Galilea, midden in het gebied der Dekápolis.
Mark NlCanisi 7:32  Daar bracht men een doofstomme naar Hem toe, en smeekte Hem, dien de hand op te leggen.
Mark NlCanisi 7:33  Hij nam hem ter zijde buiten de kring van de menigte, stak de vingers in zijn oren, spuwde, en raakte zijn tong daarmee aan.
Mark NlCanisi 7:34  Hij zag op naar de hemel, slaakte een zucht, en zeide tot hem: Effetá, dat is: ga open.
Mark NlCanisi 7:35  En terstond werden zijn oren geopend, en de band van zijn tong werd losgemaakt, en hij sprak goed.
Mark NlCanisi 7:36  Hij verbood hun, het iemand te zeggen. Maar hoe strenger Hij het hun verbood, des te luider ze het vertelden.
Mark NlCanisi 7:37  Ze stonden ten hoogste verbaasd, en ze zeiden: Hij heeft alles wél gedaan; de doven doet Hij horen, en de stommen doet Hij spreken.