PSALMS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
128
129
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147
148
149
150
Chapter 118
| Psal | DutSVV | 118:1 | Looft den HEERE, want Hij is goed; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. | |
| Psal | DutSVV | 118:4 | Dat degenen, die den HEERE vrezen, nu zeggen, dat Zijn goedertierenheid in der eeuwigheid is. | |
| Psal | DutSVV | 118:5 | Uit de benauwdheid heb ik den HEERE aangeroepen; de HEERE heeft mij verhoord, stellende mij in de ruimte. | |
| Psal | DutSVV | 118:7 | De HEERE is bij mij onder degenen, die mij helpen; daarom zal ik mijn lust zien aan degenen, die mij haten. | |
| Psal | DutSVV | 118:10 | Alle heidenen hadden mij omringd; het is in den Naam des HEEREN, dat ik ze verhouwen heb. | |
| Psal | DutSVV | 118:11 | Zij hadden mij omringd, ja, zij hadden mij omringd; het is in den Naam des HEEREN, dat ik ze verhouwen heb. | |
| Psal | DutSVV | 118:12 | Zij hadden mij omringd als bijen; zij zijn uitgeblust als een doornenvuur; het is in den Naam des HEEREN, dat ik ze verhouwen heb. | |
| Psal | DutSVV | 118:13 | Gij hadt mij zeer hard gestoten, tot vallens toe, maar de HEERE heeft mij geholpen. | |
| Psal | DutSVV | 118:15 | In de tenten der rechtvaardigen is een stem des gejuichs en des heils; de rechterhand des HEEREN doet krachtige daden. | |
| Psal | DutSVV | 118:16 | De rechterhand des HEEREN is verhoogd; de rechterhand des HEEREN doet krachtige daden. | |
| Psal | DutSVV | 118:18 | De HEERE heeft mij wel hard gekastijd; maar Hij heeft mij ter dood niet overgegeven. | |
| Psal | DutSVV | 118:19 | Doet mij de poorten der gerechtigheid open, ik zal daardoor ingaan, ik zal den HEERE loven. | |
| Psal | DutSVV | 118:22 | De steen, dien de bouwlieden verworpen hadden, is tot een hoofd des hoeks geworden. | |
| Psal | DutSVV | 118:24 | Dit is de dag, dien de HEERE gemaakt heeft; laat ons op denzelven ons verheugen, en verblijd zijn. | |
| Psal | DutSVV | 118:26 | Gezegend zij hij, die daar komt in den Naam des HEEREN! Wij zegenen ulieden uit het huis des HEEREN. | |
| Psal | DutSVV | 118:27 | De HEERE is God, Die ons licht gegeven heeft. Bindt het feest offer met touwen tot aan de hoornen van het altaar. | |