Site uses cookies to provide basic functionality.

OK
BARUCH
1 2 3 4 5 6
Prev Up Next Toggle notes
Chapter 3
Baru NlCanisi 3:1  Welnu dan, almachtige Heer, Israëls God: een bedrukte ziel en een bekommerd gemoed roept tot U!
Baru NlCanisi 3:2  Luister toch, Heer, en ontferm U onzer, want wij hebben gezondigd tegen U!
Baru NlCanisi 3:3  Gij troont voor eeuwig; en wij zouden voor immer te gronde gaan?
Baru NlCanisi 3:4  Almachtige Heer, Israëls God; verhoor toch het smeken van Israël, dat de dood zo nabij is; van de zonen van hen, die tegen U hebben gezondigd, die niet naar de stem van U, hun God, wilden horen, en over zich de rampen hebben gebracht.
Baru NlCanisi 3:5  Neen, gedenk niet de zonden onzer vaderen; denk thans aan uw macht en uw Naam!
Baru NlCanisi 3:6  Gij zijt de Heer, onze God; wij willen U loven, o Heer!
Baru NlCanisi 3:7  Want daarom hebt Gij de vrees voor U in ons hart gelegd, dat wij uw Naam zouden aanroepen. Nu loven wij U in het land onzer ballingschap; want wij hebben ons hart ontlast van al de boosheid onzer vaderen, die tegen U hebben gezondigd.
Baru NlCanisi 3:8  En toch moeten wij thans nog in onze ballingschap blijven, op de plaats waar Gij ons hebt verstrooid als een hoon en een vloek, als een boete voor de zonden onzer vaderen, die den Heer, hun God, hebben verlaten!
Baru NlCanisi 3:9  Israël, hoor de geboden des levens, Luister aandachtig, om verstandig te worden!
Baru NlCanisi 3:10  Hoe komt het Israël, Dat gij in het land der vijanden toeft, En op vreemde bodem verkwijnt; Dat gij onrein zijt geworden als lijken,
Baru NlCanisi 3:11  Op één lijn gesteld met die in het graf zijn gedaald?
Baru NlCanisi 3:13  Wanneer ge de weg van God hadt bewandeld, Dan hadt ge in eeuwige vrede gewoond.
Baru NlCanisi 3:14  Leer derhalve, waar de wijsheid is, Waar kracht, waar beleid zijn te vinden: Dan weet ge meteen, waar lengte van dagen en leven, Waar stralende ogen en vrede zijn!
Baru NlCanisi 3:15  Maar wie heeft ooit haar plaats gevonden, Wie drong tot haar schatkamers door?
Baru NlCanisi 3:16  Waar zijn de heersers der volken, Die zelfs de dieren der aarde temden,
Baru NlCanisi 3:17  En speelden met de vogels uit de lucht? Waar zijn ze, die goud en zilver hebben geschraapt, Waarop de mensen vertrouwen; Wier bezittingen eindeloos zijn,
Baru NlCanisi 3:18  Maar die toch voor wat geld Blijven zwoegen en slaven? Hun werken vindt men niet meer,
Baru NlCanisi 3:19  Zelf zijn ze verdwenen, neergedaald in het graf; Anderen zijn in hun plaats gekomen,
Baru NlCanisi 3:20  Een nieuw geslacht heeft het licht aanschouwd, de aarde bewoond! Maar ook zij kenden de weg naar de wijsheid niet,
Baru NlCanisi 3:21  Noch waren met haar paden vertrouwd; Ook hun zonen begrepen haar niet, En hielden zich ver van haar wegen.
Baru NlCanisi 3:22  Nooit werd zij in Kanaän vernomen, Nooit in Teman aanschouwd.
Baru NlCanisi 3:23  Ook de zonen van Hagar, Die aardse schranderheid zoeken, De kooplui van Medan en Tema, Die spreuken dichten, en zo knap willen zijn, Kenden de weg naar de wijsheid niet, Noch waren vertrouwd met haar paden.
Baru NlCanisi 3:24  Israël, hoe groot is Gods woning, hoe uitgestrekt zijn bezit,
Baru NlCanisi 3:26  Daar werden de reuzen geboren, de beroemde mannen van vroeger, Hoog van gestalte, bekwaam in de strijd;
Baru NlCanisi 3:27  Maar hen heeft God niet uitverkoren, De weg der wijsheid niet geleerd:
Baru NlCanisi 3:28  Ze gingen te gronde, omdat hun de wijsheid ontbrak, Door hun dwaasheid kwamen zij om!
Baru NlCanisi 3:29  Wie steeg op naar de hemel, en haalde ze daar; Wie bracht ze uit de wolken omlaag;
Baru NlCanisi 3:30  Wie ploegde de zee, en ontdekte haar, En verwierf haar voor het kostbaarste goud?
Baru NlCanisi 3:31  Neen, geen mens kent haar wegen, Niemand is vertrouwd met haar pad:
Baru NlCanisi 3:32  Hij alleen kent ze, die alles weet; Hij heeft ze met zijn blik doorvorst. Hij, die de aarde grondde voor eeuwig, En ze met dieren heeft bevolkt;
Baru NlCanisi 3:33  Die het licht uitzendt, en het gaat, Het terugroept, en het gehoorzaamt al bevend!
Baru NlCanisi 3:34  De sterren flonkeren op haar posten, En stralen van vreugd;
Baru NlCanisi 3:35  Hij roept haar, ze zeggen: Hier zijn we! Ze lichten vol vreugde voor Hem, die ze schiep.
Baru NlCanisi 3:37  Hij heeft al de wegen der wijsheid gevonden, Haar geopenbaard aan Jakob, zijn dienaar, en Israël zijn vriend.
Baru NlCanisi 3:38  Toen is zij op de aarde verschenen, En heeft met de mensen verkeerd: