SIRACH
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
Chapter 32
Sira | NlCanisi | 32:1 | Stelt men u als leider aan, verhef u niet, Maar wees in hun kring als een der hunnen; Zorg eerst voor hen en ga dan zitten, | |
Sira | NlCanisi | 32:2 | Geef ieder het nodige en neem dan plaats. Dan eren zij u tot uw vreugde, En ontvangt ge de krans voor uw beleid. | |
Sira | NlCanisi | 32:3 | Grijsaard, spreek want dat komt u toe; Maar bescheiden en wijs, zonder het zingen te storen. | |
Sira | NlCanisi | 32:5 | Als een karbonkel op een sieraad van goud. Is de melodie van een lied bij een drinkgelag; | |
Sira | NlCanisi | 32:6 | Als een zegel van smaragd, in goud gevat, Is de klank van het lied bij zoete wijn. | |
Sira | NlCanisi | 32:7 | Jongeling, spreek alleen, wanneer het moet, Als men u twee- of driemaal dringend vraagt; | |
Sira | NlCanisi | 32:8 | Wees kort van stof en spreek heel weinig, Als iemand, die het wel weet, maar zwijgt. | |
Sira | NlCanisi | 32:9 | Voer onder ouderen niet het grote woord, En zwets niet te veel, waar voornamen zijn; | |
Sira | NlCanisi | 32:10 | Zoals de bliksem uitgaat voor de donder, Zo loopt de bescheidenheid de gunst vooruit. | |
Sira | NlCanisi | 32:14 | Zesde reeks. De wijsheid en onze plichten van staat. Inleiding. Gods wet en het menselijk handelen. Wie God zoekt, ontvangt onderrichting; Wie op Hem acht, vindt welbehagen. | |
Sira | NlCanisi | 32:15 | Wie de Wet nastreeft, zal ze ook vinden; Maar wie huichelt, raakt er in verstrikt. | |
Sira | NlCanisi | 32:16 | Wie Jahweh vreest, begrijpt wat recht is; Rechtvaardige oordelen ontstromen zijn hart. | |
Sira | NlCanisi | 32:18 | Een bedachtzaam mens houdt de wijsheid voor ogen, Maar overmoedigen en spotters slaan geen acht op de Wet. | |
Sira | NlCanisi | 32:19 | Onderneem dus niets zonder eerst te overleggen, Dan behoeft ge uw daden niet te berouwen; | |
Sira | NlCanisi | 32:20 | Dan gaat ge geen weg, die vol ligt met strikken, En struikelt ge niet tweemaal over een hindernis. | |