PSALMS
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
128
129
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147
148
149
150
Chapter 49
Psal | NlCanisi | 49:1 | Een psalm van Asaf. De God der goden, Jahweh, spreekt en roept tot de aarde Van de opgang tot de ondergang der zon! | |
Psal | NlCanisi | 49:3 | Hij komt, onze God, en zwijgt niet meer! Verterend vuur gaat voor Hem uit, De stormwind woedt om Hem heen! | |
Psal | NlCanisi | 49:8 | Niet om uw offers spreek Ik u vrij, Of om uw brandoffers, Mij zonder ophouden gebracht. | |
Psal | NlCanisi | 49:12 | Had Ik honger, Ik behoefde het ú niet te zeggen, Want Mij behoort de aarde met wat ze bevat. | |
Psal | NlCanisi | 49:14 | Neen, breng als uw offer een loflied aan God, Onderhoud uw geloften, den Allerhoogste gebracht, | |
Psal | NlCanisi | 49:16 | Hoe waagt gij het, over mijn geboden te spreken, En uw mond vol te hebben van mijn Verbond, | |
Psal | NlCanisi | 49:18 | Ziet gij een dief, gij loopt terstond met hem mee, En met echtbrekers gaat gij vriendschappelijk om. | |
Psal | NlCanisi | 49:21 | Dit hebt gij gedaan; en omdat Ik bleef zwijgen, Dacht gij nog: Ik ben niet beter dan gij. Daarom waarschuw Ik u, En breng het u onder het oog. | |
Psal | NlCanisi | 49:22 | Godvergetenen, neemt het ter harte; Anders verscheur Ik u, en er is niemand, die u zal redden! | |