Site uses cookies to provide basic functionality.

OK
MARK
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Prev Up Next Toggle notes
Chapter 10
Mark vlsJoNT 10:1  En Jezus stond op en ging vandaar naar de landstreken van Judea en over den Jordaan; en wederom kwamen er scharen tot Hem, en Hij onderwees hen wederom, zooals Hij gewoon was.
Mark vlsJoNT 10:2  En de fariseërs kwamen tot Hem en vroegen Hem of het een man geoorloofd is zijn vrouw te verlaten, — Hem verzoekende.
Mark vlsJoNT 10:3  Maar Hij antwoordde en zeide tot hen: Wat heeft Mozes u geboden?
Mark vlsJoNT 10:4  En zij zeiden: Mozes heeft toegestaan een akte van scheiding te schrijven en haar te verlaten.
Mark vlsJoNT 10:5  Maar Jezus zeide tot hen: Om uw verhardheid van harte heeft hij voor ulieden dit gebod geschreven;
Mark vlsJoNT 10:6  maar van het begin der schepping af heeft God hen man en vrouw gemaakt.
Mark vlsJoNT 10:7  Daarom zal een mensch zijn vader en zijn moeder verlaten, en zijn vrouw aanhangen,
Mark vlsJoNT 10:8  en die twee zullen zijn tot één vleesch, zoodat zij niet meer twee zijn, maar één vleesch.
Mark vlsJoNT 10:9  Wat God dan heeft vereenigd, dat scheide de mensch niet!
Mark vlsJoNT 10:10  En tehuis vroegen de discipelen Hem wederom over deze zaak;
Mark vlsJoNT 10:11  en Hij zeide tot hen: Zoo wie zijn vrouw zal verlaten en met een andere trouwen, doet overspel tegen haar;
Mark vlsJoNT 10:12  en als een vrouw haar man verlaat en met een ander trouwt, doet zij overspel.
Mark vlsJoNT 10:13  En zij brachten kinderkens tot Hem opdat Hij die zou aanraken; maar de discipelen bestraften degenen die ze bij Hem brachten.
Mark vlsJoNT 10:14  En Jezus dit ziende nam het kwalijk en zeide tot hen: Laat de kinderkens tot Mij komen, verhindert ze niet! want voor zoodanigen is het koninkrijk Gods.
Mark vlsJoNT 10:15  Voorwaar Ik zeg ulieden: Zoo wie het koninkrijk Gods niet zal aannemen als een kindeken, die zal er geenszins in komen!
Mark vlsJoNT 10:16  En Hij omhelsde ze en leide hun de handen op, en zegende ze.
Mark vlsJoNT 10:17  En toen Hij op weg ging, liep er een naar Hem toe en voor Hem op de knieën vallende vroeg hij Hem: Goede Meester! wat zal ik doen om eeuwig leven te verkrijgen?
Mark vlsJoNT 10:18  Doch Jezus zeide tot hem: Wat noemt gij Mij goed? niemand is goed dan de eenige God!
Mark vlsJoNT 10:19  De geboden kent gij: Gij zult geen overspel doen, gij zult niet doodslaan, gij zult niet stelen, gij zult geen valsch getuigenis geven, gij zult niemand te kort doen, eer uw vader en uw moeder.
Mark vlsJoNT 10:20  Maar hij zeide tot Hem: Meester, dit alles heb ik onderhouden van mijn jeugd af.
Mark vlsJoNT 10:21  En Jezus zag hem aan en beminde hem, en zeide tot hem: Eén zaak ontbreekt u! ga heen, verkoop al wat gij hebt en geef het aan de armen, en gij zult een schat hebben in den hemel, en kom, en volg Mij!
Mark vlsJoNT 10:22  Maar hij werd bedroefd over dat woord en ging treurig heen, want hij bezat veel goederen.
Mark vlsJoNT 10:23  En Jezus zag rond en zeide tot zijn discipelen: Hoe bezwaarlijk zullen zij die goederen bezitten, tot het koninkrijk Gods ingaan!
Mark vlsJoNT 10:24  En de discipelen werden verwonderd over zijn woorden. Maar Jezus antwoordde wederom en zeide tot hen: Kinderen! hoe bezwaarlijk is het voor hen die op hun goederen vertrouwen, tot het koninkrijk Gods in te gaan!
Mark vlsJoNT 10:25  Gemakkelijker is het dat een kameel door het oog van de naald gaat, dan dat een rijke tot het koninkrijk Gods ingaat!
Mark vlsJoNT 10:26  Zij nu werden nog meer verwonderd en zeiden tot malkander: En wie kan dan behouden worden?
Mark vlsJoNT 10:27  Doch Jezus zag hen aan en zeide: Bij de menschen onmogelijk, maar niet bij God! want bij God is alles mogelijk.
Mark vlsJoNT 10:28  Toen begon Petrus tot Hem te zeggen: Zie, wij hebben alles verlaten en zijn U gevolgd!
Mark vlsJoNT 10:29  Jezus zeide: Voorwaar Ik zeg ulieden, niemand is er, die verlaten heeft huis, of broeders, of zusters, of moeder, of vader, of kinderen, of akkers, om Mijnentwil en om des Evangelies wil,
Mark vlsJoNT 10:30  of hij ontvangt honderdvoudig nu in dezen tijd huizen, en broeders, en zusters, en moeders, en kinderen, en akkers, met vervolgingen, en in de eeuw die komende is, eeuwig leven.
Mark vlsJoNT 10:31  Doch veel eersten zullen laatsten zijn, en de laatsten eersten.
Mark vlsJoNT 10:32  En zij waren op weg om naar Jerusalem te gaan, en Jezus ging vóór hen uit. En zij waren verbaasd, en volgden Hem vreezende. En de twaalven wederom tot zich nemende, begon Hij tot hen te spreken over de dingen die Hem overkomen zouden:
Mark vlsJoNT 10:33  Ziet, wij gaan op naar Jerusalem, en de Zoon des menschen wordt overgeleverd aan de overpriesters en aan de schriftgeleerden, en zij zullen Hem ter dood veroordeelen, en Hem aan de heidenen overleveren,
Mark vlsJoNT 10:34  en zij zullen Hem bespotten, en Hem geeselen, en Hem bespuwen, en Hem dooden, en na drie dagen zal Hij verrijzen.
Mark vlsJoNT 10:35  En tot Hem kwamen Jakobus en Johannes, de zonen van Zebedeüs, en zeiden tot Hem: Meester! wij wenschen dat Gij ons doen zult wat wij U verzoeken!
Mark vlsJoNT 10:36  En Hij zeide tot hen: Wat wilt gij dat Ik u doen zal?
Mark vlsJoNT 10:37  En zij zeiden tot Hem: Geef ons dat wij, de een aan uw rechter– en de ander aan uw linkerhand, mogen zitten in uw glorie!
Mark vlsJoNT 10:38  Maar Jezus zeide tot hen: Gij weet niet wat gij begeert! Kunt gij drinken den drinkbeker dien Ik drink, of gedoopt worden met den doop waarmede Ik gedoopt word?
Mark vlsJoNT 10:39  En zij zeiden tot Hem: Ja wel! — En Jezus zeide tot hen: Den drinkbeker, dien Ik drink, zult gij drinken, en met den doop, waarmede Ik gedoopt word, zult gij gedoopt worden!
Mark vlsJoNT 10:40  doch het zitten aan mijn rechter– of aan mijn linkerhand staat bij Mij niet te geven, maar is voor wie het bereid is.
Mark vlsJoNT 10:41  En toen de tien andere aposlelen dit gehoord hadden begonnen zij het kwalijk te nemen van Jakobus en Johannes.
Mark vlsJoNT 10:42  En Jezus riep hen tot zich en zeide tot hen: Gij weet dat degenen die geacht worden oversten der volken te zijn over hen heerschen, en hun grooten hebben macht over hen;
Mark vlsJoNT 10:43  doch niet alzoo is het onder u, maar zoo wie wil groot worden onder u, zal uw dienaar zijn;
Mark vlsJoNT 10:44  en zoo wie van u de eerste wil worden, zal een knecht van allen zijn;
Mark vlsJoNT 10:45  want ook de Zoon des menschen is niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven te geven tot een losprijs voor velen.
Mark vlsJoNT 10:46  En zij kwamen naar Jericho. En als Hij Jericho uitging met zijn discipelen en een groote menigte volks, zat Bartimeüs, een blinde bedelaar, zoon van Timeüs, aan den weg.
Mark vlsJoNT 10:47  En toen hij gehoord had dat het Jezus de Nazarener was, begon hij te roepen en te zeggen: Zone Davids! Jezus! ontferm U mijner!
Mark vlsJoNT 10:48  En velen bestraften hem, opdat hij zou zwijgen; maar des te meer riep hij: Zone Davids! ontferm U mijner!
Mark vlsJoNT 10:49  En Jezus bleef staan en zeide: Roept hem! En zij riepen den blinde en zeiden tot hem: Heb moed, sta op, Hij roept u!
Mark vlsJoNT 10:50  En hij wierp zijn mantel af, en sprong op en kwam tot Jezus.
Mark vlsJoNT 10:51  En Jezus antwoordde en zeide tot hem: Wat wilt gij dat Ik u doen zal? — En de blinde zeide tot Hem: Meester, dat ik ziende mag worden!
Mark vlsJoNT 10:52  Jezus zeide tot hem: Ga heen, uw geloof heeft u behouden! — En terstond werd hij ziende, en volgde Hem op den weg.