SIRACH
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
Chapter 6
Sira | DutSVVA | 6:1 | Word geen vijand in plaats van een vriend, want zulk een zal een boze naam, schaamte en verwijt beërven; zo zal ook de zondaar, die tweetongig is, oneer behalen. | |
Sira | DutSVVA | 6:2 | Verhef u niet in de raad uwer ziel, opdat uw ziel niet gelijk een stier herwaarts en derwaarts gescheurd worde. | |
Sira | DutSVVA | 6:3 | Gij zult uw bladeren opeten, en uw vruchten verderven, en uzelf laten als een dorre boom. | |
Sira | DutSVVA | 6:4 | Een boze ziel zal verderven degene die haar bezit, en zal maken dat de vijanden over haar verblijd worden. | |
Sira | DutSVVA | 6:5 | Een zoete keel vermenigvuldigt haar vrienden, en een welsprekende tong vermenigvuldigt de vriendelijke aanspraken. | |
Sira | DutSVVA | 6:6 | Maak dat velen met u in vrede leven, doch heb maar een van duizenden die uw raadgever zij. | |
Sira | DutSVVA | 6:7 | Zo gij een vriend wilt verkrijgen, zo krijg hem in de verzoeking en vertrouw uzelf hem niet te haastig. | |
Sira | DutSVVA | 6:8 | Want daar is menig vriend in zijn gelegene tijd, en blijft u niet bij in de dag van uw verdrukking. | |
Sira | DutSVVA | 6:9 | Ook is er menig vriend die veranderd wordt in een vijand, en die u in het openbaar met verwijt bestrijden zal. | |
Sira | DutSVVA | 6:10 | Daar is ook menig vriend om tafelgenoot te zijn, en blijft u niet bij in de dag uwer verdrukking. | |
Sira | DutSVVA | 6:11 | Als het u wel gaat zal hij zijn als gij, en over uw huisknechten zal hij vrijmoedigheid gebruiken. | |
Sira | DutSVVA | 6:12 | Indien gij vernederd wordt, zo zal hij tegen u zijn, en zal zich van uw aangezicht verbergen. | |
Sira | DutSVVA | 6:14 | Een getrouw vriend is een sterke bescherming, en wie die gevonden heeft, die heeft een schat gevonden. | |
Sira | DutSVVA | 6:15 | Daar is geen verwisseling tegen een getrouwe vriend, en daar is geen gewicht zijner schoonheid. | |
Sira | DutSVVA | 6:16 | Een getrouw vriend is een medicijn des levens, en die de Here vrezen zullen hem vinden. | |
Sira | DutSVVA | 6:17 | Die de Here vreest, gedraagt zich recht in zijn vriendschap; want naar dat hij is, zo zullen ook zijn naasten zijn. | |
Sira | DutSVVA | 6:18 | Mijn kind, verkies de onderwijzing van uw jeugd aan, en tot uw grijze haren toe zult gij wijsheid vinden; | |
Sira | DutSVVA | 6:20 | Want in haar werking zult gij wel een weinig vermoeid worden, en haast zult gij van haar gewas eten. | |
Sira | DutSVVA | 6:22 | Zij is bij hem gelijk een harde steen der beproeving, en hij zal niet vertoeven haar weg te werpen. | |
Sira | DutSVVA | 6:28 | Speur haar na en zoek haar, en zij zal u bekend worden, en als gij haar machtig geworden zijt, zo laat haar niet van u. | |
Sira | DutSVVA | 6:30 | En haar boeien zullen u zijn tot een sterke bescherming, en haar halsijzers tot een heerlijke tabberd. | |
Sira | DutSVVA | 6:32 | Gij zult haar aantrekken als een heerlijke tabberd en zult haar uzelf opzetten als een kroon der vrolijkheid. | |
Sira | DutSVVA | 6:33 | Indien gij zult willen, mijn kind, zo zult gij onderwezen worden, en indien gij uw ziel daartoe begeeft, zo zult gij geheel kloek worden. | |
Sira | DutSVVA | 6:34 | Indien gij liefde zult hebben om te horen, zo zult gij verstand krijgen, en indien gij uw oor zult neigen, zo zult gij wijs worden. | |
Sira | DutSVVA | 6:35 | Houd u onder de menigte der ouden, en is er iemand wijs, hang hem aan; wil alle Goddelijke verklaring horen, en laat u de spreuken van het verstand niet ontgaan. | |
Sira | DutSVVA | 6:36 | Indien gij een verstandig man ziet, zo maak u des morgens vroeg tot hem, en uw voet betrede gestadig de trappen van zijn deuren. | |